Symptomen van PCOS
Veel vrouwen realiseren zich niet dat ze PCOS hebben, totdat de diagnose gesteld wordt door een arts. Het duurt echter vaak even dat de diagnose er is. Vaak zijn er allerlei symptomen waarmee vrouwen bij een huisarts komen en die dan enkelvoudig behandeld worden. Denk bijvoorbeeld aan acne. Er worden dan crèmes en antibiotica ingezet om deze huidaandoening te bestrijden, terwijl de onderliggende oorzaak de PCOS is. Zolang de oorzaken niet behandeld worden, zal je huid ook niet opknappen.
De symptomen en tekenen van PCOS zijn bij iedereen anders en variëren in ernst. De typische kenmerken zijn een onregelmatige menstruatie, te veel mannelijke hormonen en vergrote eierstokken met veel kleine cysten.
Symptomen van PCOS:
- een onregelmatige menstruatie
- een onregelmatige of geen eisprong
- vergrote eierstokken met veel kleine cysten
- te veel mannelijke hormonen (hyperandrogenisme)
- overmatige haargroei op ongewenste plekken
- acne
- haarverlies met een mannelijk patroon, vooral op de kruin (androgene alopecia)
- kleine borsten
- verdikking en donkere verkleuring van de huid
- goedaardige huidgezwelletjes, steelwratjes
- loslatende nagels
- overgewicht, obesitas
- verstoorde bloedvetten (dislipidemie): verhoogde cholesterol, LDL-cholesterol en triglyceriden, verlaagde HDL-cholesterol
- hoge bloeddruk
- onvruchtbaarheid
- depressie
Diagnose
Er is geen specifieke test voor PCOS. De diagnose gebeurt vooral op basis van de typische symptomen en het uitsluiten van andere aandoeningen. De belangrijkste criteria zijn te veel androgenen, een verstoorde menstruatiecyclus en veel kleine cysten (onrijpe follikels). Voor de officiële diagnose (bepaald door de Rotterdam classificatie) moeten twee van deze drie criteria aanwezig zijn.
- symptomen en tekenen van PCOS bepalen
- uitsluiten van andere aandoeningen
- echografie om te zien of er cystes aanwezig zijn
- hormonen meten in het bloed: androgenen, testosteron, luteïniserend hormoon (LH), follikel stimulerend hormoon (FSH), de verhouding LH/FSH, thyroid stimulerend hormoon (TSH), progesteron, DHEA, oestrogeen, anti-Müller-hormoon
- meten van de nuchtere bloedsuikerspiegel, insuline, cholesterol en triglyceriden in het bloed
- bepaling van insulineresistentie
Insulineresistentie speelt een belangrijke rol
Insuline is een hormoon dat door de alvleesklier wordt aangemaakt om glucose uit het bloed te halen en in de cellen te loodsen. Wanneer de bloedsuikerspiegel stijgt (vooral na het eten van koolhydraten en suikers), scheidt de pancreas insuline af met als doel om glucose de cel in te krijgen.
Bij insulineresistentie zijn de cellen ongevoelig voor insuline en blijft de bloedsuikerspiegel te hoog omdat glucose niet goed opgenomen wordt door de cellen (vooral van de lever, de spieren en de hersenen). De hoge bloedsuikerspiegel stimuleert de aanmaak van insuline nog meer, zodat er te veel insuline in het bloed zit. Teveel insuline zorgt ervoor dat de eierstokken overgevoelig worden van het hormoon LH, wat de aanmaak van androgenen verhoogt.
Interventies op het bied van voeding, gewichtsverlies, beweging en verlaging van de insuline zorgen voor verlaging van de androgenen in het bloed, waardoor de eierstokken beter functioneren en een normale ovulatie stimuleren.
Verhoogde insulinewaardes zorgen eveneens voor meer talgaanmaak in de huid, waardoor acne kan ontstaan. Daarom zie je PCOS en Acne vaak samengaan.
Wat kan je doen met voeding
De belangrijkste voedingsmaatregel voor de behandeling van PCOS is voeding met een lage glycemische belasting, vooral het beperken van geraffineerde koolhydraten en suikers. Ook het beperken van dierlijke verzadigde vetten en transvetten wordt aangeraden.
Het is niet alleen belangrijk dat voeding de bloedsuikerspiegel niet te veel doet stijgen, maar ook dat er niet te veel insuline aangemaakt wordt, dat insuline zijn werk kan doen, dat glucose opgenomen wordt door de cellen en verbruikt wordt voor de aanmaak van energie. Dat noemt men een goede glycemische respons.
De glycemische respons wordt ongunstig beïnvloed door onder andere overgewicht, insulineresistentie, een gebrek aan beweging, een gebrek aan vezels in de voeding en een gebrek aan flavonoïden in de voeding.
Vermijd bewerkte voeding, suikers, frisdrank en gepasteuriseerde zuivel, rauwe zuivel mag wel.
Voeding met een gunstig effect op de glycemische respons:
- groenten, fruit
- kruiden, specerijen
- peulvruchten
- noten, zaden, pitten
- gedroogde pruimen, abrikozen, rozijnen, dadels
- olijven, avocado
- haver(mout), quinoa, boekweit, volle ongemalen granen
- zwarte chocolade
- proteïnen (bij voorkeur uit plantaardige voeding)
- olijfolie, vlaszaadolie, walnootolie, visolie
- yoghurt, kefir (rauwe melkproducten), kombucha (gefermenteerde thee), natto (gefermenteerde sojabonen)